VLINDEREN: Blauwoogvlinder

De Blauwoogvlinder (Minois dryas) is een liefhebber van grazige plekken en vliegt in de warme maanden van het jaar. In Nederland komt de vlinder niet voor. De dichtstbijzijnde plek om deze donker gekleurde zandoogjes tegen te komen is Frankrijk of de meer zuidelijke delen van Duitsland. De naam van de vlinder is een verwijzing naar de oogvlekken op de bovenzijde van de vleugels, de kernen hiervan hebben een blauwe tint. Deze kan soms echter behoorlijk licht zijn waardoor de naam een beetje misleidend is. De Engelse naam voor de soort (Dryad) is eigenlijk veel treffender en verwijst bovendien ook naar de Latijnse naam.

Tijdens mijn verblijf in Hongarije in 2013 ben ik de vlinder veelvuldig tegengekomen. Zoals je in Nederland in ruige graslanden het Bruin zandoogje aantreft, vloog daar de Blauwoogvlinder je om de oren. Met name de mannetjes, de vrouwtjes (een slag groter en lichter van kleur) heb ik minder gezien. Op warme dagen vlogen de vlinders in behoorlijk grote aantallen. Ook in Oostenrijk, in het natuurpark Lobau, heb ik diverse exemplaren gezien. Hier waren ze echter een stuk minder talrijk dan in Hongarije.

Helaas is de soort altijd erg op haar hoede en dus moeilijk te benaderen (dit terwijl de vlinder erg traag fladdert). En wanneer de vlinder vervolgens gaat zitten  zijn het vaak van die onmogelijke plekken tussen het gras. Gelukkig zitten soms ook goede plekken tussen; bijvoorbeeld wanneer de vlinder neerstrijkt bij uitwerpselen van dieren om van te drinken.